Eetbare paddenstoelen bevatten tal van voedingsstoffen.

Schimmels zijn een gezond teken

Of je er nu per ongeluk bovenop bent gaan staan, ze in het bos hebt gezien of ze gewoon lekker vindt op je pizza – paddenstoelen. Je realiseert het je misschien niet: maar je hebt in feite een ontmoeting met een schimmel. Nu heeft schimmel de bijklank van verrotting, ongezond en ziekmakend, maar ze kunnen juist veel goeds leveren.

Schimmels zijn in feite ook levende wezens. Terwijl dieren en mensen hun voedsel eerst opzoeken, dan eten en daarna inwendig verteren, doen schimmels dit andersom. Ze leven in en op hun voedsel. En als hun voedsel (de organische moleculen) voor schimmels te groot zijn om op te nemen, scheiden ze spijsverteringsenzymen af die de moleculen afbreken in kleinere eenheden die wel op te nemen zijn. Schimmels zijn dus enorm afhankelijk van hun voedingsbodem, en als die niet gezond genoeg is – lees als er niet genoeg te verteren valt- zullen schimmels (en dus ook hun paddenstoelen) schitteren door afwezigheid. Paddenstoelen in je tuin, in het bos en in een veld zijn dus een duidelijk teken van een gezonde bodem. Het behoeft haast geen toelichting dat gifstoffen een directe no-no zijn voor schimmels.

Wist je dat een paddenstoel in feite een ‘vrucht’ is?

Vooral zacht herfstweer lokt de paddenstoelen uit de grond. Het hoeft maar een paar dagen regenachtig te zijn geweest en nog niet al te koud, en de paddenstoelen steken hun kop boven de grond uit. Sommige direct herkenbaar met hun ronde, bruinbeige, witte of rode kopjes, maar er zijn ook veel vormen die op een twijg of vlekkerige vlekken op een blad verschijnen – piepklein, nooit opgemerkt door menselijke ogen. Veel paddenstoelen lijken misschien zacht en plakkerig, maar ze zijn krachtig genoeg om door bestrating heen te breken of stenen op te tillen.

In feite zijn de paddenstoelen de meest zichtbare manifestaties van de aanwezige schimmels. De vruchten van de schimmeldraden en die leveren op hun beurt weer voedsel aan dieren – en mensen. En als ze niet gegeten worden, zullen ze met een paar dagen of weken ook weer verwelken en verteren. Maar in hun ‘hoeden’ dragen paddenstoelen ‘sporen’, die verstoven worden. Kijk maar eens onder een paddenstoelenhoed – je zult lamellen zien waartussen de sporen zich ophouden. Of, zoals bij een aardappelbovist, zitten de sporen in de bol en komen die eruit zodra deze bovist verouderd en openklapt. Die verstoven sporen verspreiden de schimmels zo weer verder.

Mag je paddenstoelen plukken?

De meningen over wel/ niet paddenstoelen plukken zijn nogal verdeeld in Nederland. Nee, je moet het bos niet leegplukken en ja, paddenstoelen zijn mooi om te bekijken
en ja,je moet weten met welke paddenstoel je van doen hebt. Toch neem ik soms een klein handje mee. Van een Zweedse vriend heb ik het als volgt geleerd:

–Pluk alleen als je er een heleboel tegelijk ziet.
–Pluk niet alles wat je ziet en laat een mooi aantal staan.
–Weet zeker wat je plukt, bij twijfel niet doen.
–Snijd met een scherp mesje de paddenstoel van de voet, zodat je het myceliumnetwerk niet verstoord.
–Haal vervolgens alle sporen en lamellen uit de hoed en die laat je in het bos achter.

Zo verzamel je een klein handje bosvruchten, die je mee naar huis neemt om de schatten van het bos nog iets meer te ervaren.